donderdag 22 december 2011

Echtscheiding op school

Wat kun je op school met een kind dat aantoonbaar last heeft van de scheiding van zijn ouders? Natuurlijk kan de school er aandacht aan geven, en het kind proberen bij te staan. Maar wat als het toch ernstiger is?

Advies voor de leerkracht;
Ben er in de eerste plaats voor het kind en daarna voor het gezin, houd contact

Luister naar wat het kind verteld,

Geef ‘toestemming’ al het verdriet te uiten dat het op dat moment kwijt wil

Moedig het kind aan om over de scheiding te praten

Geef aan dat zijn gevoelens normaal zijn

Geef eerlijk en open antwoord, en zeg als je het antwoord niet weet

Vraag het kind wat voor steun het nodig heeft

Praat over de gebeurtenissen van het gezinssituatie

Besteed aandacht aan speciale gelegenheden en gebeurtenissen (bijvoorbeeld verjaardagen, ziekte en vakanties)

Moedig het kind aan en zeg dat het er niet alleen voor staat

Biedt KIES aan op school

woensdag 21 december 2011

Mindmappen; een hulpmiddel om de leerstof beter te verwerken!

Mind Maps® kunnen uitstekend ingezet worden voor educatieve doeleinden. Wordt bij het gebruiken van één kleur pen tussen de lijntjes vooral de linkerhersenhelft gebruikt, Mind Maps activeren zowel de linker- als rechterhersenhelft, omdat zowel tekst als beeldinformatie (lijnen, kleuren, afbeeldingen en vormen) worden gebruikt. Het effect hiervan is dat informatie veel langer wordt opgeslagen en daardoor makkelijker te reproduceren, vooral voor leersituaties dus. Anderzijds kan de Mind Map structuur gebruikt worden om snel informatie vanuit het brein op een gestructureerde manier naar papier over te brengen, ideaal voor voorbereidende werkzaamheden (opstel, verslag e.d.), planning, ideeën verwerken en nog meer.
Een Mind Map is niet moeilijk om te maken, wél is het belangrijk dat de filosofie van Mind Maps goed bekend is, dit om ervoor te zorgen dat een Mind Map ook effectief is!

Ook in de Alles Kits Counsellingpraktijk kun je dat leren!!
www.alleskitscounselling.nl info@alleskitscounselling.nl

maandag 12 december 2011

Ouders Online Gezinsagenda 2012

Nu te koop: de nieuwe "Ouders Online"-gezinsagenda voor 2012. Een superhandige gezinsplanner, boordevol onmisbare en leuke informatie voor ouders.

Als vanouds:

weekplanners - agendapagina's per week, in te delen per gezinslid.
liniaaltje en bladwijzer ineen - het bijgeleverde liniaaltje kun je makkelijk loshalen en ergens anders weer inklikken;
redactionele inhoud - nuttige informatie, praktische tips en hilarische prietpraat;
stickervellen - niet vergeten, die tandarts! Gebruik de voorgedrukte stickers, of vul ze in naar eigen wens;
opbergmapjes - voor al je bonnetjes, pasfoto's en losse notities;
stevige cover met handig bindelastiek - of maak je eigen cover door er zelf een foto in te schuiven.

En terug van weggeweest: de handige uitklapper voor het noteren van namen.

Veel plannings-plezier gewenst!

Ouders Online Gezinsagenda 2012

- EUR 13,95
- ISBN: 9789081691512
- verkrijgbaar bij: boekhandels en tijdschriften-winkels (distr. Aldipress)
- of: online bestellen bij onze partner 6b.nl


Bron: Ouders Online

vrijdag 2 december 2011

Wat is beelddenken???

Er zijn verschillende manieren van informatieverwerking:

1e : het begripsmatige denken, of wel sequentieel denken
2e : het holistische denken, dat woordloos is en waar de informatieverwerking via zintuigen domineert.

Beelddenken is een bijzondere vorm van het holistische denken.
Beelddenken is denken in beelden, handelingen en belevenissen, woordloos.
Beelddenken is erop gericht om eerst het geheel te overzien / te begrijpen en vervolgens op zoek te gaan naar materiaal ( tekeningen, hout, papier, metaal, maar ook woorden, gebaren enz. ) om de gedachten vorm te geven

Kern van verschil tussen beelddenken en begripsdenken:

Ik onderscheid naast het denken in beelden drie essentiële verschillen tussen beelddenken en begripsdenken. Deze indeling is in een onderzoek door Peter Edelenbos nader getoetst en uitgewerkt

Deze verschillen zijn de oorzaak van een andere benadering van communicatie, ordenen, plannen en onderhandelen

Holistisch denken

Tijdens het beelddenken kombineer je alle informatie die in ervaringen zijn opgeslagen. Dit kan leiden tot een ingeving ineens, een plotseling inzicht, afdwalend associëren.

Bij volgtijdelijk/ sequentieel denken werk je stap voor stap. Eerst wordt het een gedaan en dan het ander. Eerst hoofdstuk 1 en dan hoofdstuk 2 etc.

2. Ruimtelijk georiënteerd/ tijdgeoriënteerd

Het beelddenken zet alles in beweging is grenzeloos. Wanneer iets plaatsvindt heeft een nadere bepaling nodig.,
Het beelddenken is driedimensionaal. Alles wat plat getekend is, wordt zonder nadenken driedimensionaal ervaren.
Bij beelddenken hoort het ordenen in de ruimte.
Bij begripsdenken hoort het ordenen in tijd en in begrippen ( bijv. alfabetisch).
De agenda is typisch voorbeeld van begripsmatig denken.
Bij begripsdenken is het ruimtelijk inzicht zwak.

3. Mee bewegen / tegen bewegen

Tijdens beelddenken gaan de gedachten in een stroom. De beweging is centrifugaal ( naar buiten).
Alles stroomt... Er is nooit hetzelfde water, er zijn nooit dezelfde gedachten.
Vragen naar het waar en wanneer iets gebeurd is hoort hierbij.

Begripsdenken is centripetaal, naar binnen bewegend
Het doel is om de zaken stil te leggen, opdat ze beschreven kunnen worden.
Gedachten en ideeën moeten herhaald kunnen worden.
Vragen naar het waarom der dingen hoort hierbij.

Meer info :http://www.beelddenkwerk.nl/kennis.html

Bron: beelddenkwerk

Welk type moeder ben jij? Speels, streng, stresskip?

Liefst acht moedertypes zijn er te onderscheiden. Het fijne nieuws: elke moeder doet het goed! Maar elk type heeft ook haar eigen valkuil.

1. DE CONSEQUENTE MOEDER

Democratisch rond de tafel met het hele gezin om vakantiebestemming, bedtijd of zakgeld te bespreken? Niet bij jou thuis. Je luistert heus naar je kinderen en ze mogen best hun mening geven, maar als het erop aankomt moeten ze naar jou luisteren. Je bent een kei in beslissingen nemen en problemen oplossen. Regels en discipline zijn belangrijk. Met straffen heb je geen probleem, daar worden ze echt niet ongelukkig van. Bij jou thuis zijn zelden conflicten.
Jouw kracht

Kinderen houden van duidelijkheid. De wereld is al onoverzichtelijk en overweldigend genoeg. Het is dus prettig voor jouw kinderen dat jij het heft in handen hebt. Dat geeft ze een veilige thuishaven waarin in ieder geval niet te veel verantwoordelijkheid van ze gevraagd wordt.

Jouw valkuil

Omdat jij zonder overleg of aarzelen knopen doorhakt voor je kind, leert hij niet hoe je een besluit neemt; welke afwegingen je daarbij maakt. Vooral in de puberteit kan dat problemen op-leveren. Om je ouders van hun heldensokkel te kunnen duwen, moet je natuurlijk niet (te) afhankelijk van ze zijn omdat je nooit zelf hebt geleerd hoe je eten kookt of informatie vergaart.

Probeer wat vaker en geduldiger naar je kind te luisteren, neem zijn standpunten mee in je beslissingen en geef je kind ruimte om zelf zijn problemen op te lossen.

2. DE HARTELIJKE MOEDER

Jij bent een enthousiaste coach en grote fan van je kind. Van een strenge, harde opvoeding houd je helemaal niet. Je gelooft meer in prijzen dan in straffen. Je bent geduldig en kunt veel verdragen. Conflicten ga je uit de weg of probeer je zo snel mogelijk om te buigen naar iets positiefs. Je geeft je kind vaak gelijk en moedigt hem veel aan.

Jouw kracht

Jij geeft je kind het gevoel dat je altijd achter hem staat en dat hij steeds bij je terecht kan. Als de juf boos op hem is, neem jij het bij voorbaat voor hem op. Je bent een onvoorwaardelijke steun, een maatje bijna. Je kind voelt zich door jou nooit alleen.

Jouw valkuil

Omdat jij het graag gezellig houdt thuis, ben je nogal eens tegenstrijdig in de signalen die je afgeeft. Soms keur je iets af maar sta je het toch toe omdat je geen ruzie wilt. Dat gebrek aan duidelijkheid kan een kind verwarren of tot manipulatie aanzetten. Dat jij altijd voor hem kiest, ongeacht de objectieve feiten, kan er ook voor zorgen dat jouw kind niet zo goed met afwijzingen en kritiek kan omgaan. Tot slot ligt het gevaar op de loer dat jouw partner minder coulant is dan jij, waardoor je kind altijd jou opzoekt, je partner buitengesloten raakt of je kind jullie uitspeelt tegen elkaar. Probeer daarom toch consequenter regels te hanteren en durf af en toe (liefdevol en opbouwend) kritisch te zijn.

3. DE GEORGANISEERDE MOEDER

Jouw gezin is als een strak georganiseerd bedrijf. Je lost de problemen al op voordat ze bij wijze van spreken ontstaan. Kleren liggen klaar, tassen zijn gepakt, voorraden zijn aangevuld, alles is perfect op orde - zelfs als je ook nog een baan buitenshuis hebt. Je praat met je kind, maar niet altijd ten koste van je planning. Je weet dat hij alles krijgt wat hij nodig heeft.

Jouw kracht

Jouw praktische, oplossingsgerichte instelling geeft je kinderen een veilig, geborgen gevoel. Omdat alles op rolletjes loopt bij jou thuis, zijn er zelden irritaties over verdwenen regenjassen of gymtassen om acht uur 's ochtends. Het is natuurlijk ook fijn voor een kind om altijd een opgeruimde kamer te hebben. Jij wordt namelijk zo ongemakkelijk van troep, dat je nog liever zelf even snel de bezem er door haalt, dan dat je je kind streng toespreekt.

Jouw valkuil

Omdat je slecht tegen troep, vuil en chaos kunt, hanteer je een strak opruim- en schoonmaakregime waar je liever niet van afwijkt. Ook niet als je kind tussendoor om aandacht vraagt.

Samen tv-kijken of een spelletje spelen is leuk, maar voelt stiekem een beetje als een opoffering. Zodra jij de popcorn en de chips de grond ziet raken, is de lol er eigenlijk alweer vanaf. Probeer je emotionele, warme kant wat meer te ontwikkelen. Kijk wat vaker huilfilms, lees romantische boeken, voel wat iets met je doet. Zo leer je langzaam maar zeker wat meer te genieten van echte intimiteit met je kind.

4. DE GEVOELIGE MOEDER

Als gevoelsmens houd jij altijd een lijntje met je kind. Jullie praten veel, jij bent een goede luisteraar. Wat je kind niet in woorden kan vatten voel jij aan, hoewel je altijd zult verifiëren of je het bij het juiste eind hebt. Je stelt veel open vragen, zodat je kind zelf tot inzichten kan komen. Zelfexpressie zie jij als een voorwaarde voor een goede persoonlijke ontwikkeling en dus stimuleer je je kind om zijn gevoelens en gedachten te uiten.
Je geniet van de band die jullie hebben. Je stopt veel tijd in de opvoeding.

Jouw kracht

Voor een kind is een moeder die zo goed naar hem kijkt, luistert en aanvoelt wat er speelt, een zegen. De ruimte die jij hem geeft om zijn gedachten te verwoorden, helpt hem om zelfvertrouwen te ontwikkelen. Kinderen van gevoelsmoeders zijn vaak sociaal vaardige kinderen die hun denkvermogen volop ontwikkelen.

Jouw valkuil

Jij bent zo intens bezig met het welzijn van je kind, dat je jezelf hiervoor letterlijk opoffert. Let erop dat je tijd voor jezelf maakt. Een ander gevaar is dat de band tussen jou en je kind té exclusief is. Behalve dat je partner zich hierdoor opzijgeschoven kan voelen, kan je kind ook geen behoefte meer hebben om intieme vriendschappen te sluiten buiten het gezin. Hij kan thuis immers al zijn emotionele behoeften met jou delen. Geef hem en jezelf daarom de nodige ruimte.

5. DE BEZORGDE MOEDER

Jij wilt alles perfect doen, maar hebt vaak het gevoel de controle te verliezen. Je denkt veel na over hoe het beter had gekund. Je maakt je vaak zorgen om je oogappel. Als hij alleen al ríchting klimrek loopt, zie jij voor je hoe hij daar vanaf zal vallen en zich gruwelijk bezeert. Eigenlijk heb je voor iedere situatie wel een rampscenario in je hoofd. Door je angsten verbied je je kind veel en houd je hem zo dicht mogelijk bij je om pijn en leed te voorkomen.

Jouw kracht

Als het op je kind aankomt, ben jij een leeuwin. Je houdt zoveel van hem dat je de gedachte niet kunt verdragen dat hem iets overkomt. Jij zult hem beschermen tot je laatste snik. Deze oerkracht kun je ook inzetten voor jezelf.

Jouw valkuil

Angst en zorgen hebben we natuurlijk allemaal. De kunst is om die voor je kind te verbergen. Angst is een slechte raadgever en belemmert de persoonlijke ontwikkeling van je kind. Jouw boodschap is nu eigenlijk steeds: 'Verken de wereld maar niet, want die is gevaarlijk.' Misschien heb je zelf veel meegemaakt wat je nog niet hebt verwerkt, waardoor je zo angstig bent? Ga daar dan mee aan de slag.

6. DE RELAXTE MOEDER

Jij bent van de zogenaamde laat-maar-waaien-school. Dat is geen kwestie van desinteresse of verwaarlozing; jij vindt een fijne sfeer en ruimte voor je kind om te zijn en te doen wat hij wil, gewoon belangrijker dan controle over hem uitoefenen. Als jouw kind geniet, geniet jij ook. Creativiteit is belangrijk.

Rommel is gezellig. Kinderen kunnen meer dan we denken, maar dat ontdekken ze alleen als ze de vrijheid krijgen.

Jouw kracht

Jouw gezin bestaat uit echte levensgenieters. Er wordt veel gelachen, er staat meestal muziek aan en er komen veel mensen (spontaan) over de vloer. Bij jullie gebeurt altijd wat en jouw kind geniet daarvan. Omdat hij alle vrijheid krijgt om zich te uiten en om dingen zelf uit te zoeken, kan hij zichzelf zijn en zich ontplooien.

Jouw valkuil

Hoewel vrijheid en zelfontplooiing belangrijk zijn, hebben de meeste kinderen ook behoefte aan regelmaat en structuur. Nooit weten hoe laat je naar bed gaat, kan onveilig voelen en slaapgebrek opleveren. En als je kind niet gewend is aan structuur en discipline, heeft hij later misschien moeite met studeren of krijgt hij conflicten omdat hij niet snapt dat te laat -komen voor anderen wél een probleem is. Zorg daarom te midden van jullie vrolijke huishouden toch voor vaste eet- en slaaptijden. En plan wat meer.

7. DE COACHENDE MOEDER

Jij voedt heel bewust op, leest veel over opvoeding, denkt erover na. Je geeft je kind weloverwogen alle ruimte om het zelf uit te zoeken, omdat je vindt dat hij van fouten moet leren en omdat je veel vertrouwen in hem hebt. Ondertussen houd je hem wel goed in de gaten, zodat je - onopvallend - kunt bijsturen als dat nodig is. Als je merkt dat je puber rookt, ga jij niet direct preken. Eerder zul je zeggen dat je er over een poosje wel eens met hem over wilt praten.

Jouw kracht

Jij bent optimistisch ingesteld. Je geeft je kind alle vertrouwen en dat is, zeker voor wat oudere kinderen, erg prettig. Omdat je goed nadenkt over je handelen als opvoeder, zul je niet snel onredelijk reageren op je kind. Ook dat is goud waard. Door alle vrijheid die jij hem geeft, zal hij bovendien niet snel gaan roken, drinken of spijbelen als daad van verzet. Omdat hij alles zelf mag ontdekken, leert hij zijn eigen afwegingen te maken en daar zal hij zijn hele leven veel aan hebben.

Jouw valkuil

Je kracht - goed nadenken - is ook je valkuil. Je handelt meer vanuit je hoofd dan vanuit je hart. Je zou iets minder rationeel kunnen zijn, iets meer een gevoelsmoeder. Het gevaar van alle vrijheid geven is dat je te laat kunt zijn met ingrijpen, en dat je je kind meer verantwoordelijkheid geeft dan hij aankan. Gaat hij roken, dan is wachten met een gesprek bijvoorbeeld niet zinvol. Voor je het weet is hij verslaafd en ongevoelig voor jouw argumenten. Grijp dus soms toch iets eerder in. Daarbij mag je ook best aangeven hoe jij je voelt en wat je voor je kind voelt.

8. DE SPEELSE MOEDER

Door je vrolijke, positieve uitstraling heb je altijd veel aanspraak. Je (vele) vriendinnen zijn gek op jouw gevoel voor humor. Ook in de opvoeding ben jij de zorgeloosheid zelf. Er bestaat geen probleem dat jij niet weg kunt lachen. En verder vertrouw je erop dat de tijd zijn werk doet.

Jouw kracht

Jij zorgt voor een positieve sfeer in huis. Opvoeden doe je met humor en dat is voor kinderen heel prettig. Met een grapje bereik je meer dan met boos worden, dreigen of straffen. Opvoeden is voor jou ook leuker op deze manier. Je schept door je humor bovendien een goede band met je kind.

Jouw valkuil

Dat jij graag grappen maakt en veel lacht, lijkt uitsluitend positief maar heeft toch een keerzijde. Je kunt niet alles wegstoppen achter een grap of een glimlach. Te veel weg gedrukte gevoelens komen vroeg of laat toch naar boven, en dan vaak in verhevigde vorm. Maak daarom van jezelf een vrolijke moeder die ook -andere emoties durft te voelen.

Bron : JMoudersonline

woensdag 23 november 2011

Dagkalender van kinderen

2012 Verborgen regels

Auteur: Brenda Myles e.a.
Omvang: 384 pagina’s
Formaat: A6
Uitvoering: kalender met ringband

Prijs: € 14,95

Dagkalender voor kinderen

Om in onze sociale wereld te kunnen (over)leven, heb je sociale vaardigheden nodig. De meeste kinderen en volwassenen hebben daar geen problemen mee en nemen ongeschreven regels vaak moeiteloos in acht. Maar personen met een autisme spectrumstoornis of bijvoorbeeld ADHD kunnen sociaal-cognitieve problemen hebben, waardoor de regels voor hen vaak verborgen blijven.

Speciaal voor hen zijn in deze dagkalender 365 van zulke regels opgenomen. In de praktijk blijkt namelijk dat het behandelen van één regel per dag al kan helpen succesvoller en gelukkiger te worden in sociale interacties.

De kalender kan leerkrachten, ouders en begeleiders bovendien helpen inzien dat wat de meesten voor vanzelfsprekend aannemen, voor sommigen erg lastig is om te leren. Wilt u hier meer over weten, lees dan het eerder verschenen boek Verborgen regels.

Te bestellen bij uitgeverij PICA http://www.uitgeverijpica.nl/

woensdag 2 november 2011

Op dieet: Mama lijnt in stilte

Samen een paar kilo afvallen. op het eerste gezicht lijkt het voor veel gezinnen een ideale oplossing. Maar dat is het juist niet: lijnende kinderen ontwikkelen later vaak overgewicht. ‘Moeders moeten er veel minder over praten.’
Marjan (36) is aan de lijn. Ze volgt een zwaar dieet: alleen salades en aanvullende pillen. 'Gelukkig werkt het wel,' meldt ze opgewekt. 'Ik ben al zes kilo kwijt en ben bijna op mijn streefgewicht.'

Tegelijk houdt ze het eetgedrag van haar 10-jarige dochter scherp in de gaten. 'Ik let erop dat ze gewoon eet en zeker niet met mij mee gaat doen,' vertelt ze. 'En ik kies bewust voor een kort dieet. Ik denk dat als je er altijd mee bezig bent, lijnen echt wel invloed op je kind heeft. Als je voortdurend in calorieën denkt, wordt dat toch een item in je gezin.' Lachend: 'Nu heeft ze er alleen de eerste week last van gehad. Toen was ik echt niet te genieten.'

De aandacht van Marjan voor het eetgedrag van haar dochter is terecht, stelt psycholoog Doeschka Anschutz van de Universiteit van Amsterdam. Lijnende moeders lijken grote invloed te hebben op het slankheidsideaal van hun dochters en zonen. 'Als moeders lijnen, doen hun kinderen vaker aan de lijn. En als ze daartoe ook nog eens worden aangemoedigd, hebben ze bovendien een negatiever beeld van hun eigen lichaam.'

Lijnende moeders moeten er veel minder over praten, vindt Anschutz. 'Je kunt onopvallend lijnen - zonder dit te laten weten aan je kind. Maak er liever ook geen opmerkingen over dat slank zijn mooi is. Moeders hebben zelf niet eens in de gaten dat ze hun kind aanmoedigen tot lijnen. "Je moet niet zo veel snoepen, want dan word je te dik," zeggen ze. Of: "Ga sporten, dan word je dunner." Je kunt beter zeggen: "Zoveel snoepen is ongezond." Als ouders een koppeling leggen tussen wenselijk gedrag (minder snoepen, minder eten) en te dik zijn, pikt een kind dat op. Dan zal ik wel te dik zijn, dan zal ik wel niet goed zijn, denkt het.'

Ook jongens lijnen

Anschutz heeft onderzoek gedaan onder vijfhonderd kinderen tussen 7 en 10 jaar. In deze doelgroep was één op de vijf moeders aan de lijn. Eén op de tien kinderen gaf aan zelf ook op dieet te zijn, terwijl de onderzochte groep een gemiddeld gewicht had. 'Dat vind ik schokkend. Van de kinderen met een normaal gewicht vertoont 10 procent lijngedrag. Ze kopiëren het gedrag van hun ouders.'

Een lijnende moeder heeft effect op dochters én zonen, blijkt uit het onderzoek van de Amsterdamse psycholoog. Van de meisjes wil 30 procent dunner zijn, van de jongens 20 procent. 'Ouders hebben vaak het idee dat het jongens niet zoveel kan schelen, maar ook als je zonen hebt, zou ik er niet over praten. Het uiterlijk wordt voor jongens steeds belangrijker.'

Meer snacken door reclame

De onderzoekster keek ook of jonge kinderen door het zien van voedselreclames meer gaan snacken. Jongens blijken gevoeliger voor snoepreclames dan meisjes. 'Ze zijn impulsiever dan meisjes. Leg ze uit dat het reclame is,' adviseert ze. 'Dat ze door zo'n leuk filmpje meer willen verkopen. Maak ze weerbaarder.'

Ook televisieprogramma's die expliciet slanke volwassenen of bijvoorbeeld slanke tekenfiguren tonen, hebben invloed op het slankheidsideaal van kinderen. Jonge meisjes (7 tot 9 jaar) die veel kijken naar soaps en muziekprogramma's zijn ontevredener over hun lichaam en lijnen vaker dan meisjes die naar neutralere programma's als Het Klokhuis kijken, blijkt uit het onderzoek. 'Als je basisschoolkinderen naar bijvoorbeeld Hollands Next Topmodel laat kijken, dan willen ze dunner zijn, vooral de iets oudere meisjes die de puberteit naderen. Ik zou het niet aanraden ze veel naar dergelijke programma's te laten kijken.'

Er is geen wetenschappelijk verband gevonden tussen lijnende kinderen en het ontwikkelen van anorexia nervosa op latere leeftijd. Volgens Anschutz geldt echter wel het omgekeerde: kinderen die lijnen hebben meer kans om later overgewicht en ziektes als boulimia nervosa en binge eating disorder te ontwikkelen. 'Dit komt door een verstoring van het spijsverteringssysteem en het regelmatig niet volhouden van een dieet.'

'Kinderen mogen wel mayonaise'

Sanne (36), moeder van drie zonen, heeft de afgelopen maanden voor het eerst in jaren gelijnd. 'Ik was het zat, inmiddels ben ik negen kilo lichter en ik wil nog een paar kilo afvallen.'

Omdat ze een gezin heeft, is een raar dieet voor haar geen optie. 'Ik heb gekozen voor Weight Watchers Online. De kinderen weten dat ik op dieet ben, maar merken daarvan niet veel. Er zijn geen rare toestanden met bijvoorbeeld geen brood of absurd veel sapjes. Ik eet gewoon met ze mee, maar met minder aardappeltjes, meer groenten en zij mogen wel mayonaise en ketchup bij speciale gerechten. Ze weten dat ik speciale boter heb en magere yoghurt, en die vinden zij niet te eten.'

'Natuurlijk zien ze dat ik ben afgevallen. Ze vinden dat ik er nu goed uitzie en ze weten ook dat dit komt doordat ik goede keuzes maak. Mijn extra kilo's kwamen erbij door te veel snoepen en snaaien. Nu zeg ik soms bewust nee tegen chocolade en een wijntje.

Zij mogen echter op z'n tijd lekker snoepen. En gelukkig kan ik met dit dieet ook af en toe zondigen. Ze zien me niet alleen maar hysterisch met komkommer in de weer.'

Bron :JMouders

woensdag 12 oktober 2011

Verlegen in groepssituaties

Verlegen in groepssituaties  (overgenomen uit nieuwsbrief JMouders)


Mijn dochter (6 jaar) is heel erg verlegen en vooral in groepssituaties komt dat naar voren. Sinds kort zit ze op hockey. Zij wil dat zelf graag en zegt ook dat ze het leuk vindt. Tijdens de eerste training heeft ze de hele tijd aan de kant staan te huilen. Nu zijn we vier lessen verder en ze doet wel mee met de training, maar vooral met de onderdelen waar ze alleen of met een ander meisje de technieken oefent. De warming-up en een klein partijtje (3 tegen 3) lukt haar niet. Ze huilt niet meer, maar staat stijf van de spanning naast de kant. Ze maakt op het veld een ongelukkige indruk en loopt erg verkrampt.

Als de training voorbij is, loopt ze blij naar me toe en zegt het leuk gevonden te hebben. Ik probeer haar te stimuleren, maar niet te overvragen. Ze heeft duidelijk al een vooruitgang gemaakt sinds de eerste keer. Thuis probeer ik met haar te oefenen, maar vaak wil ze dat niet. Ik leg er geen druk op, dus dan oefenen we niet. Hoe kan ik haar stimuleren ook met de groepsactiviteiten mee te doen? Maar eigenlijk vind ik de belangrijkste vraag: hoe kan ik haar er echt van laten genieten en meer zelfvertrouwen geven?

Tischa Neve, J/M opvoedcoach en kinderpsycholoog:


Jouw dochter laat in dit voorbeeld eigenlijk heel mooi zien hoe het voor haar werkt. Ze zegt zonder woorden: ‘Ik wil iets wel heel graag, maar vind het meedoen aan groepsactiviteiten heel moeilijk. Ik ga het wel proberen en heb de tijd nodig om het allemaal te durven; ik zet wel elke keer weer een klein stapje. Als ik klaar ben, ben ik blij en trots dat ik het heb gedaan en dus ook echt blij als ik naar mama loop.’

Je kunt haar proberen te pushen en met haar oefenen, maar het lijkt erop dat ze vooral tijd en begrip nodig heeft. Heel goed dus dat je er geen druk op legt. Ze heeft begrip en tijd nodig van jou, maar ook van de trainer. De ruimte om het in haar tempo te doen en zo langzaam vertrouwd te raken en aan te sluiten bij de groep.

o Vertel haar hoe het kennelijk voor haar werkt (zie hierboven). Vraag haar of dat klopt. Vertel haar dat het oké is en dat ze haar eigen tempo mag kiezen. Dat kan rust geven.

o Laat haar weten dat je erop vertrouwt dat het helemaal goed komt. Noem eerdere (groeps)dingen die ze heel moeilijk vond en toch gedaan heeft en met succes. Beschrijf hoe ze nu na een paar trainingen al meer durft dan de eerste keer. Kortom: richt je niet op dat wat nog níet lukt, maar juist op alle kleine dingen die al wél lukken. Dat geeft haar vertrouwen om door te zetten en te gaan beseffen dat ze het kan.

o Soms is het goed om met haar te bedenken wat de voordelen zijn van doorzetten. Wat levert het haar allemaal op als ze het volhoudt en leert?

o Vraag haar wat haar helpt om het te laten lukken. Wat heeft ze van jou nodig en van de trainer? Wat kun jij zeggen of doen? Je kunt vervolgens kijken of je met haar per week een heel klein stapje kunt bespreken wat ze probeert te zetten. Ze mag zelf bedenken wat haalbaar is en als het niet lukt is het ook goed. Dat kan helpen om haar steeds net uit te dagen en te oefenen of te bespreken hoe dat stapje haar gaat lukken. Kijk maar eens of dat voor haar werkt of juist niet.

o Bespreek het ook snel met de trainer. Vertel hem of haar hoe het voor je dochter werkt en dat ze het wel echt graag wil. Bespreek ook hoe jullie het nu gaan doen en wat jullie besproken hebben. Hopelijk kan de trainer haar positief benaderen en vooral laten voelen dat ze haar moment mag kiezen om aan te sluiten. Ze heeft het wel nodig dat een trainer haar wat extra (positieve) aandacht geeft en haar prijst voor de dingen die ze wel meedoet. Daar moet je bij de trainer even om vragen, als hij dat niet uit zichzelf doet.

o Zorg dat je elke stap die zij zet - en lastig kan vinden - benoemt en prijst. Ook op andere (sociale) gebieden. Zo hoort ze steeds wat haar al gelukt is en dat geeft vertrouwen. Vraag haar na afloop hoe het haar gelukt is. Wellicht geeft dat handvatten voor als ze een volgende keer iets met een groepje moet doen.

De Alles Kits Counsellingpraktijk verzorgt voor kinderen van 7-12 jaar een training voor verlegen kinderen.
Individueel of in groepsverband!!
http://www.alleskitscounselling.nl/ voor meer informatie!

woensdag 5 oktober 2011

Wat is Mediasmarties?

Mediasmarties biedt een overzicht van kindermedia afgestemd op de leeftijd van je kind. Je kunt hier informatie vinden over de inhoud en geschiktheid van mediaproducten zoals: televisieprogramma's, (bioscoop)films, online games, video games, apps en websites voor kinderen tussen de 1,5 tot en met 11 jaar.

Waarom?

Het media aanbod voor kinderen is enorm. En het verandert steeds. Maar hoe weet je wat geschikt is voor jouw kind? Mediasmarties stemt de producten af op de leeftijd en het ontwikkelingsniveau van kinderen.

Voor wie?

Ouders, kinderen, opvoeders, grootouders, mensen werkzaam in de kinderopvang, scholen en centra voor jeugd en gezin.

Wie zijn we?

Een onafhankelijke en niet-commerciële organisatie in opdracht van de Ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Klik hier voor het interview met de minister van OCW Marja van Bijsterveldt over Mediasmarties.

Nieuwsbrief?

Op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen of ander nieuws van Mediasmarties? Stuur dan een e-mail naar info@mediasmarties.nl en meld u aan voor de nieuwsbrief.

Hoe werkt het?

Naast de algemene informatie over alle type mediaproducties stelt het systeem de gebruiker in staat een persoonlijk gebruikersprofiel samen te stellen.


Selectie verfijnen

Door de verfijnfuncties in of uit te schakelen kun je het aanbod verfijnen en selecteren op medium, genre, zender, spelcomputer, inhoud en vorm.

Specifiek product

Benieuwd naar het leeftijdadvies van een specifiek product? Zoek via de zoekfunctie op de naam of de titel.

Specifieke leeftijd

Wanneer er in de leeftijdscatagorie balk bijvoorbeeld de leeftijd '3' wordt geselecteerd, wordt het media-aanbod getoond voor zowel 1, 2 als 3 jarigen. Wel zijn alle producties voor 3 jarigen als eerst weergegeven in het aanbod. Er kan ook geselecteerd worden op 1 specifieke leeftijd, door in de zoekbalk ‘3 jaar' in te vullen.

Kindprofiel aanmaken

Door een kindprofiel aan te maken is het samenstellen van een mediamenu voor je kind snel en gemakkelijk. De leeftijd, naam en eerdere selecties worden onthouden waardoor het een persoonlijke media omgeving is voor jou en je kind: “dé mediamatch op maat”. Eenmaal ingelogd, kan er op de bovenste button ‘media-aanbod' worden geklikt, waardoor het aanbod wordt getoond wat bij de leeftijd van het kind past. Voor een kind van drie worden vanzelfsprekend producties voor 1, 2 en 3 jarigen weergegeven.

Foto uploaden

Maak het weekmenu van je kind persoonlijk en aantrekkelijk door een foto of afbeelding te uploaden op de profielpagina.

Profiel groeit mee

Mediasmarties groeit als het ware mee met je kind. Is je kind een jaartje ouder geworden? Mediasmarties past het media advies aan op de nieuwe leeftijd.

Weekmenu

Mediasmarties geeft naar aanleiding van het ingevulde kindprofiel een selectie van geschikte media. Door de verfijn opties kun je het aanbod naar keuze verkleinen. De uiteindelijk gekozen producten vormen het weekmenu van je kind. Print deze uit en hang hem op een duidelijk plek op.

Mediameter

Aan de rechterkant van het weekmenu vind je de mediameter. De mediameter houdt bij hoeveel producten per medium gekozen zijn. Elk product heeft zijn eigen kleur.

Reactie op beoordeling

Het is mogelijk om een reactie te plaatsen bij de beoordeling van een product. Zo kun je je mening en ervaring delen met Mediasmarties en andere gebruikers.

Meerdere kinderen in één gezin

Meerdere kinderen tussen de 1.5 – 12 jaar? Maak dan in één keer voor allemaal een profiel aan. Zodra je inlogt, kun je gemakkelijk wisselen tussen de verschillende pagina’s van je kinderen om voor allen een zo aantrekkelijk mogelijk mediamenu samen te stellen.

Op de groep

Alle informatie van Mediasmarties zit in een online mediagids. Als groepsleidster van een buiten- of voorschoolse opvang kun je eenvoudig zoeken op bijvoorbeeld een thema. Zo maak je in een handomdraai een mediamenu voor elke groep of themamaand. Ook kun je ouders advies geven over geschikte media voor hun kind.

Kernwaarden

· Onafhankelijk

Mediasmarties is een onafhankelijke site, zonder commerciële belangen. Het is een site voor ouders, opvoeders, kinderopvang, scholen en centra voor jeugd en gezin. Op de site vind je objectieve beoordelingen, inhoudsbeschrijving en leeftijdsindicaties. Zowel in tekst als met icoontjes.

· Persoonlijk

Op Mediasmarties maak je een eigen pagina aan voor je kind of groep. Op basis van een persoonlijk profiel selecteert Mediasmarties alle media die aantrekkelijk en leuk zijn voor je kind. Als ouder selecteer je waar je kind gebruik van kan maken.

· Aantrekkelijk

Mediasmarties.nl is zowel voor ouders als kinderen aantrekkelijk. De site werkt met herkenbare iconen, maar bevat ook tekst waarin de hele beoordeling van een product te lezen is.

· Veelzijdig

Media is crossmediaal en overal, altijd aanwezig. Alleen een tv programma? Verleden tijd! Er hoort ook een site en game bij. Daarom is op mediasmarties.nl informatie over het hele media aanbod; TV, films, dvd’s, games, sites te vinden.

· Betrouwbaar

De beoordelingen op Mediasmarties voldoen aan strikte criteria en voorschriften die deskundigen op het gebied van media en educatie hebben bepaald. De informatie is objectief; Mediasmarties maakt geen reclame voor producten. Als ouder beslis je zelf waar je kind naar kijkt of welke game hij/zij speelt op basis van de informatie.

· Actueel

Het media aanbod is enorm. En het verandert steeds. Daarom wordt Mediasmarties dagelijks aangevuld met nieuwe informatie en beoordelingen. Zo is het altijd actueel.

..Contact met Mediasmarties
info@mediasmarties.nl
035-6772037
Postbus 201
1200 AE Hilversum

maandag 3 oktober 2011

Tieners en Twitter, een lastige combinatie

door Justine Pardoen (uit nieuwsbrief JMouders)

Tieners en Twitter zijn een lastige combinatie, omdat tieners de gevolgen van hun tweets niet goed kunnen overzien. De politie heeft er de laatste tijd z'n handen vol aan, zie onder andere: Politie bezwijkt onder dreigtweets.
Inmiddels zien we ook steeds meer basisscholieren op Twitter. Wat moet je daarmee als ouders? Hieronder eerst een korte introductie van het fenomeen, voor degenen die er nog geen ervaring mee hebben. Daarna gaan we de diepte in.

Twitter in vogelvlucht

Twitter (letterlijk: 'kwetteren', vandaar ook het logo met het vogeltje) is een soort wereldwijd forum, waarbij de deelnemers in korte berichtjes van maximaal 140 tekens vertellen wat hen bezighoudt. Iedereen roept maar wat, en wie toevallig in de buurt is, vangt het op.

Nadat je een Twitter-account hebt aangemaakt, kun je tweets (berichten) plaatsen, ook via je mobieltje, maar je kunt ook bepaalde mensen 'volgen', zodat je snel hún gekwetter uit de berichtenzee kunt vissen. Zelf kun je ook 'volgers' krijgen.

Je kunt mensen aanspreken door het apestaart-symbool voor hun Twitter-naam te zetten (bijvoorbeeld: @Tamara), en je kunt zoeken op trefwoorden en onderwerpen. Gebruikers kunnen zelf aangeven wat het onderwerp van een tweet is, door het plaatsen van een hashtag (hekje) bij een woord of een afkorting. Bijvoorbeeld '#dwdd' als je iets over 'De Wereld Draait Door' vertelt.

Iedereen beloert elkaar

De Rijksvoorlichtingsdienst houdt alle tweets over het Koningshuis in de gaten, grote merken volgen wat er over hen gezegd wordt, en de veiligheidsdienst AIVD zoekt op woorden die iets met terrorisme te maken hebben.

Ook de politie zoekt zich suf naar bedreigingen die serieus genomen moeten worden. Ze kunnen er zelfs je huis voor komen doorzoeken. Zie: Politiebezoek door Twitter-foto. Voorbeelden van doodsbedreigingen vind je via twitter.com/doodsbedreiging.

Wereldberoemd in Twitterland
Een soapy als Nicolette van Dam ('Twitteraar van het jaar' in 2010) heeft zo'n 80.000 volgers. Maar je hoeft echt geen BN'er te zijn om veel volgers te krijgen. De volstrekt onbekende tienermeiden Leonie, Willemijn en Lisa, twitterend onder de naam @dutchteenagers hebben al meer dan 50.000 volgers en dat aantal neemt snel toe. Wereldberoemd in Twitterland. En het kan zomaar zijn dat je ineens de kranten haalt.

Andere populaire jonge twitteraars zijn bijvoorbeeld op @loesoetweets en @tienerfeiten. Allebei goed voor meer dan 50.000 volgers. Als je even rondfladdert op Twitter, vind je nog veel meer van dat soort tiener-accounts.

Zo ontdek je nog eens wat

Het gros van de tieners komt niet verder dan zo'n 10 tot 50 volgers uit eigen kring. Zelf volg ik een aantal van die kinderen zonder dat ik me heb aangemeld als volger, want dat kan natuurlijk ook. (Via een hulpprogramma als Tweetdeck kun je mensen volgen zonder dat je als volger bent aangemeld. Kan handig zijn...) Op Twitter is tenslotte alles openbaar, en zo ontdek je nog eens wat!

Als ik docent was, zou ik dat ook doen: af en toe eens kijken wat ze uitspoken, en hoe ze over jou en je school praten. Maar ook: soms laten merken dat je kunt meelezen, want zolang ze geen slotje op hun account zetten, kan dat. Tieners die in de gaten krijgen dat ze gezien worden, gedragen zich soms net ietsje bewuster.

Meelezen als ouder

Ik lees mee met mijn twitterende kinderen. Zo volg ik op afstand wat ze uitwisselen, ook al gaat het meestal nergens over. Maar soms gebeurt er wél iets belangrijks.

Ik kreeg bijvoorbeeld vrij snel door dat er een foto circuleerde van een naakt meisje. Ik was benieuwd hoe de pubers die ik ken, daarover denken en ik heb ze dat gewoon gevraagd. Daarmee gaf ik ze de kans om ook eens na te denken over de vraag wat je nog meer zou kunnen doen dan gedachteloos retweeten (doortwitteren).

Ik hoor van veel ouders dat hun kinderen niet willen dat je meeleest. Maar als ze in het openbaar twitteren, zou ik me daar niets van aantrekken. Dan lopen ze nu eenmaal de kans dat iemand ze gaat lezen, retweeten of citeren, op welke plek dan ook. Als ze dat niet willen, moeten ze hun account maar op slot zetten.

Cyberpesten

Tieners vervelen zich, ook op Twitter. En dan verzinnen ze 'grapjes'. Zo ontstond er kort geleden een buzz over het #deomeisje, een 13-jarige die de hoofdrol zou spelen in een erotisch filmpje. Daarin zou ze seksuele dingen doen met een deodorant-bus. Het meisje heeft daar zeer onder geleden, uiteraard. Het filmpje bestaat trouwens helemaal niet.

Je kunt dit natuurlijk beschouwen als cyberpesten en er ook als zodanig mee omgaan. De school kan bijvoorbeeld z'n pestprotocol uit de kast halen. Maar veel belangrijker is het om met kinderen structureel te praten over de kracht en de beperkingen van social media, en samen na te gaan wat 'openbaar' betekent. Hun 'grapjes' zijn niet vrijblijvend meer, omdat je niet zélf kunt bepalen of iets een grapje is of een strafbaar feit.

Zo twitterde een gymnasium-leerling die dit jaar eindexamen doet (zó dom zal ze dus niet zijn) dat ze een bom zou leggen in een schoollokaal. Tot haar spijt gebeurde er niets, waarop ze nog harder ging schreeuwen, en plotseling werd ze toch opgepakt. Ze bracht een nacht in de cel door, werd geschorst van school, en dat nieuws werd weer bekend via Twitter. Cool!

Copycats

Het gevolg was een enorme stroom copycats. Om de paar uur twittert nu een Nederlandse tiener dat hij ergens een school gaat opblazen, of een bom gaat leggen. En twee weken geleden ontstond er ophef over een school waar een jongen iemand met de dood bedreigd had via Twitter.

De volwassen wereld wordt dus nogal uitgedaagd door al die twitterende tieners. We kunnen niet niets doen, we moeten reageren op discriminatie en andere ongein. (Laatst las ik deze: "Als we alle politiemannen joden noemen, krijgen we dan een boete?"). Daar is een tweet van het type "Getsie, de leraar Engels zit met z'n vinger in z'n neus" natuurlijk niets bij.

Als het om tieners gaat, zullen we altijd alert moeten zijn. En nu dus ook online. Meekijken en commentaar geven. Wat doen ze en waarom? Blijven praten dus, maar tegelijkertijd ook begrijpen dat ze lang niet alles menen wat ze zeggen, en dat ze dat ook 'gewoon' aan het uitproberen zijn. Er zit niets anders op.

donderdag 29 september 2011

Grote mond en slaan (7 jaar)

Overgenomen uit de nieuwsbrief van JM voor ouders

Wij hebben twee zonen (8 en net 7 jaar) en worstelen met het gedrag van de jongste. Op school doet hij het erg goed. Hij zit nu in groep 4 samen met zijn broer die vorig jaar is blijven zitten. Hij kan goed meekomen en luistert prima. Hij is geen allemans vriend, maar ze hebben een groepje van zes jongens (‘meisjes zijn stom’) die al een paar jaar als vrienden met elkaar op een leuke manier omgaan. Het zijn allemaal wat drukkere, stoere jongens. Ze zitten op dezelfde voetbalvereniging en dat gaat ook goed. Kortom de problemen liggen niet op school, maar thuis of in ieder geval bij ons.

Hij haalt vaak echt het bloed onder mijn nagels vandaan en dan is het moeilijk om juist te handelen. Vaak heb ik er ook geen zin meer in en laat ik hem maar of negeer ik hem.
Wat ons niet lukt, is hem af te leren om een grote mond te hebben en om te slaan. Dat zijn de twee grootste struikelblokken. Dat hij bijvoorbeeld antwoordt: ‘Ja kut-mama’, als hij ergens geen zin in heeft . Of hij houdt zijn vingers in zijn oor als ik hem iets wil uitleggen. We hebben al van alles geprobeerd, maar niets lijkt te helpen of maar voor een heel korte periode.

Ik denk dat wij niet consequent genoeg met hem zijn, maar er is altijd wel een excuus om dat niet te zijn. Bijvoorbeeld: we moeten nu naar school, we hebben het druk, het is toch wel zielig et cetera. Heb jij voor ons een paar handvatten om hiermee om te gaan?



Tischa Neve, J/M opvoedcoach en kinderpsycholoog:

Jullie zoon klinkt als een jongen die het buitenshuis lekker doet en zich goed staande houdt. Hij heeft stoere vriendjes, kan goed meekomen op school en zijn gedrag is daar ook goed.

Thuis laat hij ook een andere kant zien: hij kan behoorlijk dwars, brutaal en fysiek zijn.

Daar kunnen verschillende redenen voor zijn.
1. Wellicht loopt hij op school en tussen zijn stoere vriendjes een beetje op zijn tenen. Leuk en goed meekomen lukt daar dan wel, maar thuis komt het feit dat hij op zijn tenen moeten lopen eruit, en dat kan zorgen voor (in zijn geval) dwars gedrag.

2. Soms kan een spannende of pittige periode ervoor zorgen dat een kind thuis dwarser is. Is zijn gedrag thuis altijd zo geweest of zouden er redenen kunnen zijn voor zijn gedrag van de laatste tijd? Zijn er veel veranderingen? De overgang van weer naar school gaan? Voelt hij misschien dat hij op moet boksen tegen zijn oudere broertje in de klas? Zijn er spanningen thuis? Bijzondere of nare gebeurtenissen? Krijgt hij te weinig echt gerichte aandacht en is dit een manier die te krijgen?

3. Een andere reden van het als ouder niet kunnen stoppen van zijn negatieve gedrag kan zijn dat jullie geen eenduidige aanpak hanteren en/of niet consequent reageren. Valt er voor hem winst uit zijn gedrag te halen? Bijvoorbeeld: lukt het hem regelmatig zijn zin te krijgen, levert het heel veel grootse reactie op, of zitten jullie niet (meer) op één lijn qua opvoeding?

De eerste twee redenen vragen allereerst om boven tafel krijgen wat er speelt. Als je een vermoeden hebt dat dit meespeelt, kun je dit bespreekbaar maken en ook aangeven dat je begrijpt dat het voor hem een manier is om zich te uiten, om aan te geven dat hij niet lekker in zijn vel zit of het even moeilijk heeft. Los hiervan zul je natuurlijk ook afspraken moeten maken over het gedrag zelf. Want een grote mond en slaan wordt in huis (en op school, straat) niet getolereerd.

Je geeft zelf aan dat jullie niet consequent zijn. Consequent zijn is bij negatief of fysiek gedrag - naast een duidelijke, eenduidige aanpak - absoluut nodig om het gedrag echt weg te krijgen. Er zijn inderdaad heel veel redenen (moe, druk, geen tijd, geen zin) om dat niet te doen, maar als jij graag wilt dat het (grotendeels) stopt, zul je die excuses overboord moeten gooien en er gewoon echt voor moeten gaan. Maak heel duidelijk afspraken over wat wel en niet kan, over de consequenties ervan en kom dit heel strikt na.
Naast consequent zijn is het heel belangrijk dat je hem voldoende positief benadert. Maak de momenten groot waarop hij wél luistert, normaal antwoordt of iets oplost zonder te slaan. Prijs hem daarvoor. Hij moet gaan merken dat hem dat veel meer oplevert dan brutaal zijn of slaan. Zo haal je hem - en jullie - weer uit de negatieve spiraal waar jullie nu inzitten.

Kijk ook eens bij andere antwoorden van mij rond het thema luisteren. Of bekijk de tips die ik geef om op een leuke, speelse manier gewenst gedrag aan te leren. Dat werkt vaak veel beter dan alleen maar consequenties verbinden aan negatief gedrag.

Het goede nieuws is: hij kan het wel, op school doet hij het tenslotte prima, dus het moet kunnen! Lukt het jullie met behulp van mijn tips nog niet, vraag dan eens hulp om echt naar jullie specifieke situatie te kijken en iemand mee te laten denken hoe het veranderd kan worden. Vraag ook eens tips op school: wat werkt daar goed voor hem.

BRON; J/M ouders

dinsdag 20 september 2011

Tangle Therapy

Wat is het nut van het maken van eindeloos vloeiende bewegingen?

- Kinderen of volwassenen die constant friemelen, aan kleding plukken of bijvoorbeeld krabbelen kunnen met de Tangle de impuls tot een constant herhalende beweging reguleren.

- Spanning kan in banen worden geleid door het draaiende houden van de Tangle.

- De concentratie kan worden bevorderd. Onderzoek heeft uitgewezen dat het droedelen (het maken van kleine doelloze tekeningen) de concentratie positief beinvloedt. De hersenen behouden een bepaalde mate van alertheid waar het totaal stil zitten de hersenen in ruststand brengt. De Tangle nodigt uit tot vergelijkbare kleine bewegingen en handelingen.

- De Tangle is geschikt voor wie een zachte sensorische prikkeling prettig of rustgevend is.

- Om RSI te voorkomen kan tijdens het veelvuldig gebruik van de computer tussendoor met de Tangle worden bewogen

woensdag 14 september 2011

Training voor verlegen kinderen

WEL verlegen - maar niet geremd

In de Alles Kits Counselling praktijk worden kinderen geholpen, door middel van leuke, creatieve gesprekken, om te gaan met hun verlegenheid en deze te begrijpen. Het geeft het kind kracht voor de toekomst……

Wanneer is er hulp nodig?

Wanneer de verlegenheid een belemmering gaat worden, gaat het kind bepaalde situaties vermijden, doet het zichzelf te kort of gaat angsten ontwikkelen. Een kind dat last heeft van zulke verlegenheid, is de hele dag gespannen en dat kost zoveel energie dat ze die niet ergens anders aan kunnen besteden.

Deze kinderen zijn zo verlegen dat ze geen vriendjes hebben of zich afhankelijk maken van 1 vriendje en nooit naar iemand toe durven gaan om te spelen. Het kind komt zo in een negatieve spiraal.

Een verlegenheid overwinnen betekent niet dat het kind niet meer verlegen is, maar dat het kind leert omgaan met zijn/haar verlegen gedrag dat het geen belemmering is voor het kind in het dagelijks leven!


Info over te training: info@alleskitscounselling.nl of 06 48790245

Verlegenheid wil zeggen:moeite hebben met spontaan contact leggen met andere mensen, en vooral met het initiatief tonen in het contact. Veel kinderen zijn op een gegeven moment in hun leven verlegen. Verlegenheid is ook heel natuurlijk gedrag en hoeft in het geheel geen probleem te zijn, zolang het het kind niet te veel belemmert in zijn/haar doen en laten. Ouders kunnen zich soms erg verbazen over het verlegen gedrag van hun kind. Kinderen die thuis heel erg vrij zijn kunnen in onbekende situaties plotseling erg verlegen zijn. Sommige ouders vinden dit erg vervelend. Maar het is goed om je als ouder te realiseren dat dit verlegen gedrag heel natuurlijk is en ook wel gezond. Het is ook niet goed wanneer een kind zonder enige schroom op iedereen afstapt. Enige terughoudendheid aan het begin van een ontmoeting is prima en geeft enkel aan dat het kind goed het verschil begrijpt tussen bekenden en onbekenden.

donderdag 1 september 2011

Rouvoet: Kabinet is te traag met jeugdzorgbeleid

André Rouvoet, voormalig minister voor Jeugd en Gezin, is teleurgesteld in het huidige kabinetsbeleid op het gebied van jeugdzorg en gezin. Dat schrijft hij in het septembernummer van cv.koers, een christelijk opinieblad.


De indertijd door hem voorgestelde en door de Tweede Kamer gesteunde plannen om de jeugdhulpverlening te verbeteren liggen stil en de Kamer heeft nog steeds geen inhoudelijke brief over de veranderingen in de jeugdzorg van de huidige staatssecretaris ontvangen, zegt Rouvoet. Volgens hem zijn er signalen dat gemeenten, jeugdzorginstellingen en koepelorganisaties nu ook een afwachtende houding gaan aannemen.

Het is bekend dat het kabinet-Rutte 'niet veel opheeft met het gezin', stelt Rouvoet. Maar dat juist het CDA heeft ingestemd met bezuinigingen op kindregelingen, zoals de kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget, valt hem zwaar.

Meer informatie: Bericht cv.nieuws http://www.cvnieuws.nl/component/content/article/1-nieuws/15731-andre-rouvoet-kabinet-geeft-geen-prioriteit-aan-jeugdzorg-.html

Bron: Cv.nieuws

dinsdag 30 augustus 2011

Zelfvertrouwen

Er mogen zijn’, ‘lekker in je vel zitten’, ‘authentiek en autonoom in de wereld staan’: deskundigen vermoeden dat een positief zelfbeeld deels aangeboren is, maar dat het vooral wordt gevormd door de omgeving. Vanaf het derde jaar wordt een kind zich bewust van zichzelf als individu. Ouders spelen dan een grote rol als voorbeeld. Hoe zelfbewuster de ouder, hoe zelfverzekerder zijn kind. En omgekeerd.

Hoe stimuleer je het zelfvertrouwen van je kind?

• Bied structuur, grenzen en regels. Zo weten ze waar ze aan toe zijn.

• Respecteer hun gevoelens, ook die van onlust. Kwaad zijn mag.

• Stimuleer ze om nieuwe stappen te zetten en te experimenteren

• Geef ze de ruimte om fouten te maken

• Beloon en waardeer wat ze doen en wie ze zijn. Waak ervoor uitsluitend prestaties te prijzen

• Help ze diverse kanten in zichzelf te ontdekken. Focus niet alleen op hun cijfers

• Neem ze serieus en luister naar ze

• Corrigeer als het nodig is. Sommige dingen kunnen niet

• Geef het goede, zelfbewuste voorbeeld

• Geef ze liefde, veiligheid en verzorging


woensdag 17 augustus 2011

Groep 6, 7 en 8


Kinderen van tien jaar en ouder zitten in de bovenbouw van de basisschool: groep 6, 7 en 8. Het betekent: veel meer zelfstandig werken en zelf proberen problemen op te lossen. Ook sociale vaardigheden krijgen ruim aandacht. Wat leren ze op het reguliere onderwijs in de bovenbouw? En wat bij andere onderwijsvormen, zoals Vrije School en Montessori?

Rekenen:

Probleemoplossend rekenen aan de hand van praktijkvoorbeelden. De hoofdbewerkingen (plus, min, delen) staan in dienst van andere rekenkundige opgaven: breuken, procenten, verhoudingen, decimale getallen, metriek stelsel, redactie sommen.

Taal:

Spelling, ontleden (beginnen met persoonsvorm en onderwerp tot naamwoordelijk gezegde en bepalingen). Vanaf groep 7 ook Engels. In groep 8: begrijpend lezen en luistervaardigheid zijn heel belangrijk.

Andere vakken:

Wereldoriëntatie, creatieve vakken en gym.

Montessori en Vrije School

Montessori geeft veel aandacht aan zelfstandig werken en plannen. Bij de Vrije School staan zelfstandig werken en sociale vaardigheden voorop.

De overheid stelt in de kerndoelen vast wat kinderen aan kennis, vaardigheden en inzicht moeten leren op school. Deze kerndoelen zijn in 2005-2006 vernieuwd. Meer informatie: www.minocw.nl/kerndoelen



maandag 15 augustus 2011

Spreuk

Er bestaan geen ouders die niet heimelijk in hun kinderen iets bijzonders zien.
En ze hebben gelijk, de mogelijkheden zijn onbeperkt.

- Godfried Bomans -

http://www.alleskitscounselling.nl/
info@alleskitscounselling.nl




donderdag 11 augustus 2011

Praktijkruimte

Gisteren (10-8-2011) ontving ik het onverwachte bericht dat ik mijn praktijkruimte per direkt moest verlaten. Hopelijk is het voor een korte periode.
Ik ben nu op zoek naar tijdelijke praktijkruimte. Fijn dat er al wat collega's meedenken.
Tips zijn van harte welkom! Ik werk met kinderen en jongeren...

Vriendelijke groet,

Margreet Keus

woensdag 3 augustus 2011

Hoe breng je je kind gevoel voor humor bij?

Als jij humorvol met je kind - en met anderen - omgaat, veel samen lacht en gek doet, geef je je kind automatisch een humoristische, speelse levenshouding mee. Door simpelweg de humor van dagelijkse situaties te observeren en verwoorden - de kat die raar kijkt, papa die staat te hannesen met het boodschappenwagentje dat niet los wil, een broertje dat met zijn onderbroek op zijn hoofd loopt - breng je je kind gevoel voor humor bij. Samen grappige boeken lezen en naar komische tv-programma's kijken is natuurlijk ook een goede voedingsbodem. Humor is namelijk boven alles een sociale aangelegenheid; je lacht harder om een film als je samen met anderen kijkt.

Lach vooral ook om jezelf. Zelfspot is zelfrelativering en daar kan je kind later nog veel aan hebben. Maar ook de omgeving - school, vriendjes, leraren, familie - speelt een grote rol bij het ontwikkelen van gevoel voor humor. Uit onderzoek blijkt dat juist kinderen met een nare thuissituatie of die iets naars hebben meegemaakt, vaker dan anderen een extra sterk gevoel voor humor ontwikkelen. Dat helpt ze om ellende op afstand te houden en te relativeren.

10 voordelen van humor

Humor

1 schept een band, je maakt er vrienden mee

2 helpt angstige situaties overzichtelijk te maken

3 helpt zaken te relativeren; het maakt je beter bestand tegen tegenslag

4 leert je op speelse, luchtige manier met problemen om te gaan

5 leert je creatief denken: vanuit een ander perspectief naar zaken kijken

6 ontspant

7 laat je pijn minder intens ervaren
En:

8 anderen aan het lachen maken vergroot je zelfvertrouwen en je communicatievermogen

9 lachende mensen voelen zich gelukkiger. Dat straal je uit, wat je ook weer aantrekkelijker maakt

10 lachen en een positieve houding versterken het immuunsysteem?

Humor helpt bij het opvoeden

Je kunt zeggen: 'Ben je nu verdorie weer op de bank aan het springen? Kom eraf!' Maar je kunt ook zeggen 'Zie ik daar een jongetje de lucht ingaan? Nee toch? Ik denk dat ik me vergis want dat jongetje weet heel goed dat hij niet op de bank mag springen.' Dat werkt waarschijnlijk een stuk beter en voor jou is het ook prettiger dan boos worden. Streng zijn nodigt uit tot verzet, humor nodigt uit tot meespelen. Humor zorgt ervoor dat je naast elkaar staat in plaats van tegenover elkaar. Het is niet altijd makkelijk, maar het helpt om een escalatie te voorkomen. Met humor krijg je simpelweg meer gedaan dan door heel streng te zijn.

donderdag 21 juli 2011

Pushen we onze kinderen teveel

Westerse ouders zijn slappelingen die hun kinderen opzadelen met een onterecht zelfvertrouwen. Dat is de boodschap die Amy Chua in haar boek Battle Hymn of the Tiger Mother uitdraagt. De kinderen van deze Chinees-Amerikaanse mogen nooit met vriendjes thuis spelen, moeten altijd negens en tienen op hun rapport halen en dienen in elke activiteit uit te blinken - uitgezonderd natuurlijk de vakken gymnastiek en drama.

Westerse ouders vinden het al heel wat als hun kind een half uur per dag oefent voor de muziekles. Bij Chinese ouders geldt dat slechts als opwarming. Amy Chua koos de instrumenten voor haar dochters - piano voor de oudste, viool voor de jongste - en liet ze drie, vier en soms wel vijf uur per dag oefenen. Toen de jongste het stuk The Little White Donkey niet onder de knie kreeg, dreigde ze haar poppenhuis mee te geven aan het Leger des Heils en toen dat niet werkte, dat ze drie, vier jaar haar verjaardag niet zouden vieren. Het meisje was toen 7.

Absurde kadaverdiscipline natuurlijk, maar tegelijk houdt Amy Chua ouders in Amerika ook een spiegel voor. Want Amerikaanse scholieren en studenten worden de laatste jaren in internationale vergelijkende onderzoeken voorbijgestreefd door vooral Oosterse studenten. Of het nu om wiskunde, biologie of natuurkunde gaat; de Amerikanen zijn verdwenen uit de top 10 en afgezakt naar soms zelfs de dertigste plaats. Alleen wat betreft zelfvertrouwen staan ze nog bovenaan.

Westerse ouders vinden alles van hun kinderen 'Great!', zegt Chua, maar ze vergeten erbij te vertellen dat je alleen heel goed wordt als je er ook heel hard voor werkt.

Helpen zonder te pushen

'Sommige ouders zijn voor de Cito-eindtoets zo zenuwachtig, dat hun kind er helemaal door van slag raakt en z'n toets verpest. Terwijl hij zich al wel voor een bepaalde school heeft ingeschreven. Dat is natuurlijk een drama, want de Cito-uitslag geldt steeds vaker als harde grens.' Laura Huisjes werkt bij het Amsterdamse onderwijsbegeleidingsinstituut ABC. Als de Cito-uitslag tegenvalt, komen hier zo'n 450 kinderen voor aanvullend onderzoek. 'Dan kijken wij of dit de goede weergave is van de mogelijkheden van een kind. Daardoor bestaat de kans om toch nog te worden toegelaten.'

Ook de overgang naar de brugklas wordt vaak door ouders onderschat, is de ervaring van Huisjes. Veel kinderen kunnen wel een steuntje in de rug gebruiken. Maar hoe doe je dat op een goede, positieve manier?

Haar adviezen:

1. Kinderen vinden het vaak moeilijk om hun werk te structureren. Neem bijvoorbeeld samen de agenda door en leg uit hoe je die gebruikt.

2. Het heeft natuurlijk geen zin om pas de dag voor een proefwerk te gaan leren. Maak samen met je kind een indeling, zodat hij de leerstof over verschillende dagen spreidt.

3. Zorg voor een werkruimte waar hij geconcentreerd en rustig kan werken.

4. Vraag niet voortdurend naar cijfers. Toon belangstelling voor de inhoud van de stof: wat heb je vandaag bij geschiedenis gehad?

5. Zoek met je kind naar manieren waarop hij zichzelf kan overhoren. Er zijn bijvoorbeeld goede en gratis sites op internet.

6. Word niet kwaad als je kind iets niet weet bij het overhoren.

7. Als huiswerk steeds tot ruzie leidt, overweeg dan een huiswerkinstituut in te schakelen.

Vrouw wordt eerder moeder bij goede kinderopvang

Vrouwen die beschikken over goede kinderopvang, krijgen op jongere leeftijd hun eerste kind. Dat concludeert socioloog Melinda Mills van de Rijksuniversiteit Groningen in haar onderzoek naar het effect van beleidsmaatregelen op moederschap.


De aangekondigde bezuinigingen op de kinderopvang zorgen ervoor dat vrouwen langer wachten met kinderen krijgen, zegt Mills in Trouw van 13 juli. Dat uitstel kan leiden tot meer complicaties, waardoor de zorgkosten stijgen.

Mills vergeleek het gezinsbeleid van een aantal westerse landen. Ze keek onder meer naar het effect van bijvoorbeeld een babybonus, kinderbijslag, belastingvoordeel en betaald ouderschapsverlof. Alleen een goede en betaalbare kinderopvang bleek te leiden tot het eerder krijgen van kinderen.

Nederlandse vrouwen zijn gemiddeld bijna 30 jaar als ze hun eerste kind krijgen. Dat is ouder dan in de meeste andere landen. Maar er gaan minder kinderen naar de crèche dan in de meeste andere westerse landen, bleek uit het onderzoek.


Samenvatting onderzoek
'Fors bezuinigen op opvang is slecht voor welvaart'

donderdag 19 mei 2011

SCP: Ouders nemen meer tijd voor kinderen

17 mei 2011

Ouders besteden tegenwoordig bijna twee keer zoveel tijd aan hun kinderen als in 1980. Dat staat in het Gezinsrapport 2011 van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), dat op 17 mei verscheen. Het behandelt onderwerpen als gezinsleven, inkomen en opvoeding.

Moeders besteden gemiddeld bijna veertien uur per week aan zorg en opvoeding en vaders ruim zes uur. Volgens de meeste ouders is de combinatie van werk en opvoeding 'druk maar verrijkend'. Voor steun en opvoedadvies gebruikt 80 procent van de ouders hun informele netwerk van familie en vrienden. In het formele netwerk zoeken ouders vooral advies bij de kinderopvang, de peuterspeelzaal en de school. Vooral gezinnen met een laag inkomen of jonge kinderen en eenoudergezinnen krijgen niet genoeg steun. Het SCP adviseert de overheid om bij die groepen ondersteuning vanuit het eigen netwerk te stimuleren.

Meer informatie: Gezinsrapport 2011:  Gezinsrapport 2011: Een portret van het gezinsleven in Nederland

Bron: ANP; SCP

woensdag 27 april 2011

Een derde schoolverlaters gaat terug naar de klas

21 april 2011

Ruim een derde van de voortijdige schoolverlaters gaat op een later moment weer terug naar school en haalt alsnog een diploma of startkwalificatie. Dat blijkt uit onderzoek van het Expertisecentrum Beroepsonderwijs over het schooljaar 2005-2006.

Tegen de verwachting in gaan veel uitvallers weer een opleiding volgen. Jongeren die uitvallen uit een onderwijstype dat weinig voortijdig schoolverlaters kent, keren vaker terug naar het onderwijs dan jongeren afkomstig van opleidingen waar de uitval hoog is. Van jongeren die uitvallen vanuit het voortgezet onderwijs keert 49 procent terug en van de jongeren die zijn uitgevallen in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) 31 procent. Het mbo kent de meeste uitvallers.

De uitvallers gingen vaak niet terug naar het hetzelfde onderwijstype als waar zij vandaan kwamen. De meesten gingen een mbo-opleiding volgen. Een kwart van de terugkomers verliet de school zonder diploma.

Meer informatie: Het onderzoek Het onderzoek

Bron: Expertisecentrum Beroepsonderwijs

vrijdag 22 april 2011

Jouw kind en zijn wereld

Anne Elzinga
Jij bent natuurlijk nummer één. Maar opvoeden doe je niet alleen; er zijn veel mensen die invloed hebben op jouw kind. Wie zijn de elf belangrijksten en hoe groot is hun rol?

Of je nou wil of niet: opvoeden doe je niet alleen. Nooit. Niet tijdens je zwangerschap (práát tegen je buik!), niet tijdens de kraamtijd (maak huidcontact!) en al helemaal niet als je kind ouder wordt. Natuurlijk blijven ouders de hoofdrolspelers en hebben zij de eindregie; het gezin is het eerste opvoedmilieu. Maar daarnaast brengen opgroeiende kinderen steeds meer tijd door in kinderopvang en school, (sport)clubs en de grote buitenwereld, inclusief tv en internet: respectievelijk het tweede, derde en vierde opvoedmilieu. Die werelden worden bevolkt door mensen die invloed uitoefenen op je kind. Sommigen zijn regelrechte rolmodellen of idolen. Hun voorbeeld geeft hem houvast en (toekomst)perspectief.

Hoe belangrijk goede rolmodellen zijn, blijkt onder meer uit onderzoek onder bijna achthonderd Amerikaanse jongeren van 12 tot 17 jaar. Kinderen die aangaven zo'n mentor te hebben, hebben een beter zelfbeeld, een sterker (etnisch) identiteitsbesef en halen hogere cijfers op school dan pubers zonder rolmodel. Hoe beter kind en rolmodel elkaar kennen, hoe groter diens positieve invloed. Anderen oefenen op een meer indirecte manier invloed uit. Samen maken deze surrogaatvaders en -moeders, met hulp van de echte ouders en wat genen, het kind tot mens.

J/M onderscheidt op grond van de literatuur de elf meest invloedrijke personen in het leven van een doorsnee kind. Ouders staan niet in de lijst. Maar wees gerust: in elke studie steken paps en mams met kop en schouders boven alle anderen uit. Zij zijn superheld nummer 0!

1 Opa en oma

Een kind moet drie generaties kennen om zijn eigen identiteit te kunnen bepalen, zegt de bekende Franse kinderarts en psychoanalytica Françoise Dolto: die van zijn ouders, zichzelf en zijn grootouders. Zo wordt hij zich bewust van zijn plaats binnen de familiegeschiedenis. Opa en oma vormen de link tussen verleden, heden en toekomst. Voor hun kleinkinderen zijn zij vaak een geweldig rolmodel. Niet alleen zijn zij de boegbeelden van de familiewaarden en tradities, maar ze hebben doorgaans ook de rust om veel aandacht aan de gezinnen van hun kinderen te kunnen besteden. Vandaar dat opa en oma bovenaan menig kinderfavorietenlijstje staan. Bij opa en oma is het altijd fijn. Ze verwennen je, lezen je eindeloos boekjes voor en stoppen je stiekem dat snoepje toe dat je thuis niet mag. En ze zijn een emotioneel klankbord voor je problemen, al is het alleen maar omdat zij de tijd hebben om naar je te luisteren. Kinderen weten dat opa en oma als het moet voor ze klaar staan. Net als papa en mama zijn zij een bron van onvoorwaardelijke liefde en zorgen ze voor een gevoel van geborgenheid. Passen de grootouders regelmatig op hun kleinkind, dan spelen ze een nog centralere rol in diens leven. Al zullen veel grootouders zeggen dat hun (schoon)zonen en -dochters de baas zijn, toch ontkomen zij er niet aan dat ze mee-opvoeden. Dat gaat vanzelf: ze stellen regels en grenzen, reageren op gedrag en zijn een voorbeeld voor hun oppaskleinkind.

2 Broers en zussen

Broers en zussen zijn belangrijker dan ouders, schreven we eerder in J/M. Volgens Frits Boer, emeritus-hoogleraar Kinderpsychiatrie aan de Universiteit van Amsterdam, beïnvloeden vooral de jongsten in het gezin elkaars ontwikkeling. Als leeftijdsgenoten geven zij elkaar een dagelijkse training in hot en not. Jongere kinderen imiteren hun oudere held aanvankelijk in alles. Later fungeren broers en zussen als ijkpunt voor de eigen identiteitsontwikkeling: zo wil ik juist wel of juist niet worden. In de proeftuin van het gezin kunnen ze veilig oefenen met sociale vaardigheden: ruziemaken, omgaan met jaloezie, woede, agressie en frustraties. En wie is daarbij een makkelijker slachtoffer dan broer of zus? Frits Boer typeert hun relatie als 'gegeven' en dat maakt hen nog invloedrijker dan gewone leeftijdsgenoten. Broers en zussen durven alles tegen elkaar te zeggen zonder bang te hoeven zijn dat ze de ander verliezen, wat met vrienden wel kan gebeuren. Door hun lotsverbondenheid blijven ze elkaar bovendien een leven lang tegenkomen, waardoor een diepe band kan groeien. Die hoeft overigens niet altijd positief te zijn. Maar zelfs als ze elkaars bloed wel kunnen drinken, kruipen broers en zussen onder elkaars huid.

3 De oppas

Gastouders, oppassen en kinderopvangleiders - van dagverblijf tot naschoolse - zorgen samen met ouders voor de kinderen. Er is nogal wat gesteggel over de effecten van opvang op kinderen. Zo beweren sommige wetenschappers dat een kinderdagverblijf slecht is voor de breinontwikkeling van baby's en haasten anderen zich om te bewijzen dat crèchekinderen veel socialer zijn dan thuiskinderen. Buiten kijf staat echter dat de kinderopvang een verlengstuk is van de opvoeding thuis. Vandaar dat er zoveel waarde wordt gehecht aan de kwaliteit, vastgelegd in onder meer het Convenant Kwaliteit Kinderopvang. Wat kinderen er zoal leren? Met elkaar spelen, tafelmanieren, handen wassen na het plassen, je gedragen in een groep, je houden aan de groepsregels, geen brutale mond. Kortom, zo'n beetje alles wat ouders hun kroost ook voorhouden.

4 De leerkracht

Pagina's vol zijn er geschreven over de taakverdeling tussen school en ouders in het grootbrengen van kinderen. Officieel worden ze zelfs 'partners in de opvoeding' genoemd. Vooral op sociaal gebied komt de stichtende rol van school om de hoek kijken. Hier moeten leerlingen bij uitstek samenwerken en rekening met elkaar houden. Docenten leren vaak een heel andere kant van kinderen kennen dan ouders, omdat velen zich in een groep nou eenmaal anders gedragen dan thuis.

Het partnerschap verloopt niet altijd vlekkeloos. In principe zijn ouders de baas, maar de scheidslijn is dun. Over en weer wordt nog weleens gemopperd. Het lijkt erop dat ouders meer fiducie hebben in docenten dan andersom: veel leraren (64 procent) vinden dat ze te veel tijd kwijt zijn aan opvoeden.

Hoe bepalend juf of meester kan zijn, weet elke ouder uit eigen ervaring. Wie herinnert zich niet die ene leerkracht die jou ineens wel wist te motiveren? Klikt het, dan kunnen kinderen onder de bezielende (bege)leiding van hun docent ongekende hoogten bereiken. Heeft je kind de pest aan hem, dan wordt het een moeizaam jaar, zowel op school als thuis.

5 Leeftijdsgenoten

'Kinderen worden opgevoed door leeftijdsgenoten, eerder dan door hun ouders.' Met deze stelling verkocht psycholoog Judith Harris eind vorige eeuw het traditionele psychoen pedagogengilde een keiharde dreun. In haar omvangrijke onderzoek vond zij geen enkel bewijs voor invloed van ouders op de persoonlijkheid van hun kinderen op de lange termijn. Daarentegen laat de omgang met peers wèl blijvende sporen na. Van jongs af aan zijn kinderen op zoek naar hun identiteit: wat voor iemand ben ik? Spannend of saai? Populair of eenling? De antwoorden krijgen ze vooral door zichzelf te vergelijken met hun generatiegenoten. Door hen te observeren leren ze hoe ze geacht worden zich te gedragen. De ervaringen die zij tijdens deze zoektocht opdoen, bepalen mede wat voor volwassenen ze zullen worden. Ouders lijken hun stempel op hun kind te drukken doordat ze genen delen. Maar onderzoek onder tweelingen die los van elkaar werden opgevoed, bewijst dat zelfs genetisch identieke mensen zich tot totaal verschillende persoonlijkheden kunnen ontwikkelen.

Ondanks felle kritiek op haar standpunten is Harris tien jaar later nog steeds overtuigd dat 'ouders er niet toe doen'.

6 De coach

Het jaar 2004 was Europees Jaar van Opvoeding door Sport. Doel was het publiek bewust te maken van de pedagogische betekenis van sport. Veel klassieke trainers zullen dat slap geouwehoer vinden: het gaat om winst, verlies en technische trucjes. Toch voeden zelfs zij op. Niet bewust; het gebeurt tussen de bedrijven (trainingen en wedstrijden) door. Ze wijzen hun pupillen op de geldende regels (altijd douchen, geen vuile tackles, geen training dan geen wedstrijd). Al sportend leren kinderen onder meer hun eigen talenten en beperkingen kennen, op te komen voor zichzelf en hun teamgenoten en om te gaan met gezag, agressie en tegenslag. In de sport worden deugden als moed, sportiviteit, solidariteit en bescheidenheid aangesproken. Omgekeerd leren ze net zo goed ondeugden: hoe je zó kunt tackelen dat je net geen rode kaart krijgt. Dat alles beïnvloedt kinderen.

7 De conciërge

Van oudsher zijn conciërges doorgaans meer een vertrouwenspersoon voor de leerlingen dan de docenten. Hij vangt je als eerste op als je eruit gestuurd bent, geeft je straf als je te laat komt, plakt een pleister als je bent gevallen, zorgt voor een veilige sfeer op school en geeft je stiekem een dropje voor in de les. De opvoedende rol van de conciërge komt tot uitdrukking in de nieuwe benaming pedagogische conciërge.

8 Het idool

Naarmate kinderen ouder worden, worden zij steeds vaker beïnvloed door beroemde tieneridolen. In België noemt een derde van de meisjes tussen de 10 en 18 jaar een film-, tv- of muziekster als haar (mede)rolmodel. Miley Cyrus is het populairst, gevolgd door Vanessa Hudgens en Beyoncé. De invloed van deze megasterren lijkt beperkt: pubers weten donders goed hoe de wereld in elkaar zit en herkennen het verschil tussen echt en nep en tussen wat wel en niet belangrijk is voor hun eigen leven. En mocht dat onverhoopt niet zo zijn, dan wijst Amerikaans onderzoek uit dat een mediaheld nog altijd heilzamer voor een kind is dan géén rolmodel.

9 De opvoedexpert

Meer dan dertig jaar geleden waarschuwde de Amerikaanse cultuurcriticus Christopher Lasch al voor het groeiende leger deskundigen dat zich op het gezin en de opvoeding stortte. Deze experts ondermijnden het zelfvertrouwen van ouders en hadden een vernietigend effect op het gezinsleven. Zover wil de Nederlandse wetenschapper Janneke Wubs niet gaan, maar ook zij stelt vast dat 'deskundigen door de jaren heen vinden dat je opvoeding niet zomaar aan ouders kunt overlaten'. Wubs kan het weten, want zij analyseerde pedagogische adviezen tussen 1945 en 1999. Volgens haar stellen deskundigen 'dat ouders moeten luisteren naar hun kinderen, maar dat ze om de kinderen goed te kunnen begrijpen, wel eerst moeten luisteren naar de deskundigen'. Dat begint al bij het consultatiebureau ('Drinkt je kindje wel genoeg?') en gaat door tot ver in de puberteit ('Heb je hem voorbereid op zijn financiële onafhankelijkheid?'). Kennis over de ontwikkeling van kinderen is steeds meer leidraad geworden. Elk gedrag wordt daaraan afgemeten en krijgt al snel een negatief stempel als het afwijkt. Dat maakt ouders onzeker en de opvoedexpert machtig. Want die weet wel een manier om het 'defect' op te lossen.

10 De buren

It takes a village to raise a child. Dat hebben we vaker gehoord, maar het blijft waar. De meeste Nederlanders zijn het daar ook mee eens: 74 procent van de deelnemers aan Opvoeddebat.nl vindt dat opvoeden niet alleen een taak is van de ouders. De omgeving helpt mee; van de buurvrouw die haar huilende buurmeisje troost tot de winkelier die krachtig optreedt tegen buurtschoffies. Veel Nederlanders, met en zonder kinderen, erkennen die medeverantwoordelijkheid. Zo spreken ze klierende kinderen aan op hun gedrag (44 procent), lopen ze tegen hun gewoonte in niet door rood als er een kind bij staat (45 procent) en waarschuwen ze tegen gevaar (61 procent). Tweederde praat ook met ouders over de opvoeding.

Zo'n gemeenschapsopvoeding is goed voor het gezin. 'Ouders die hun kinderen opvoeden in een sfeer waarin ruimte is voor ontmoeting en uitwisseling, ondervinden minder opvoedproblemen,' schrijft hoogleraar pedagogiek Micha de Winter op de site van Jeugd en Gezin.

11 De eerste liefde

Weinig ervaringen zullen zo overweldigend zijn als Cupido's eerste raak geschoten pijl. Verloopt de relatie goed, dan zorgt die voor een flinke portie zelfvertrouwen. Gaat het mis, dan kan het zelfbeeld een aardige knauw krijgen. Hoe ouder kinderen worden, hoe intenser hun romantische relaties omdat wederzijdse afhankelijkheid en intimiteit groeien met de leeftijd. Tieners varen wel bij het één zijn met de ander. Ze helpen elkaar al die verwarrende puberemoties te doorstaan: als leeftijdsgenoten begrijpen zij elkaar goed. Bijkomend voordeel is dat 'met iemand gaan' op deze leeftijd statusverhogend werkt. Negatieve kanten zijn er ook: de schoolcijfers kunnen dalen, een 'verkeerd' vriendje leidt tot statusverlaging of kan aanzetten tot drugs-, tabaks- of alcoholgebruik. Het einde van de relatie voelt als rouw. Puppy love kan lang nawerken. Sommigen komen er zelfs nooit helemaal overheen: een kwart van de 1600 volwassenen tot 92 jaar die door de Universiteit van Syracuse werden ondervraagd, zou zo weer teruggaan naar hun eerste liefde. En 19 procent twijfelt!



Zij zijn óók belangrijk

- de lievelingsoom, tante, nicht, neef of buitenstaander die je kind tot mentor kiest

- de arts die je kind periodiek onderzoekt en doorstuurt als hij iets verdachts ziet

- de wijkagent die hem in de gaten houdt

- de leerkracht uit groep 8 die het advies voor de middelbare school geeft

- de McDonald's op de hoek die kinderen naar zijn hamburgers lokt

- Jokertje uit Oh Oh Cherso die je kind duidelijk maakt hoe hij niet wil zijn

- Mark Zuckerberg die Facebook ontwikkelde

- Adverteerders die kinderen enthousiast maken voor hun producten

- Albert Heijn die elke keer weer een rage weet te ontketenen

Het kind van de rekening : hulp aan kinderen die leven in armoede

Utrecht : Integraal Toezicht Jeugdzaken (ITJ), 2011


Samenvatting: Uit dit onderzoek blijkt dat hulp aan arme gezinnen komt pas op gang als de problemen acuut zijn en dat heeft grote gevolgen voor de ontwikkeling van kinderen. Van coördinatie en één plan per gezin is vaak geen sprake. Omdat opgroeien in armoede grote gevolgen heeft voor de ontwikkeling van kinderen en vaak samengaat met andere problemen is coördinatie van zorg belangrijk. Daarom moeten op landelijk niveau afspraken gemaakt worden voor een betere hulpverlening op lokaal niveau.

Volledige publicatie (PDF-bestand - 3.370 MB)
http://www.nji.nl/digitaalmagazijn/HetkindvanderekeningITJ2011.pdf

donderdag 21 april 2011

Intervisie ABvC

Vandaag een interessante intervisie bijeenkomst gehad. De werkvorm die ik al in mijn praktijk gebruik is het werken met playmobilpoppetjes. Deze werkvorm geeft veel inzicht in het leven van de jongeren. kinderen en volwassenen die bij mij in de praktijk komen. Hoe ontstaat gedrag, hoe ben ik geworden wie ik ben? Er komt met het werken met poppetjes veel naar boven, minuten lang kan het in een sessie stil zijn, in die stilte zie je dat er veel nagedacht en verwerkt wordt...

Gerrie Reijersen van Buuren verzorgde de workshop, zij is tevens de auteur van het boek 'verlangen naar erkenning'; therapie in beeld.


woensdag 13 april 2011

Aantal Eigen Kracht-conferenties stijgt

12 april 2011

Het aantal uitgevoerde Eigen Kracht-conferenties is gestegen van 471 conferenties in 2009 naar 593 in 2010. Het aantal aanvragen steeg landelijk met 20 procent in 2010. De stijging was het grootst in Overijssel. Dat staat in een rapport van Bureau WESP. Volgens WESP leidde de conferentie in meer dan 90 procent van de gevallen tot een plan waarmee alle betrokkenen, inclusief de beroepskrachten, aan het werk konden.

De Eigen Kracht-conferentie kan worden ingezet bij problemen waarbij familie, vrienden en buren gemobiliseerd kunnen worden om de problemen te bespreken en een plan te maken dat de problemen aanpakt. Voorbeelden zijn verwaarlozing, gedragsproblemen van een kind, huiselijk geweld en scheiding. Een onafhankelijke Eigen Kracht-coördinator organiseert de conferentie.

Meer informatie: http://www.nji.nl/eCache/DEF/1/17/836.html, http://www.eigen-kracht.nl/sites/default/files/rapportjaarcijfers%202010%20def.pdf, http://www.eigen-kracht.nl/
 http://www.nji.nl/smartsite.dws?id=106473&recnr=2004049

donderdag 31 maart 2011

Jongeren onder de 16 komen makkelijk aan alcohol

24 maart 2011

Jongeren onder de 16 jaar die alcohol willen kopen slagen daar altijd in. In twee derde van de gevallen lukt het al in de eerste winkel die ze bezoeken. Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit Twente. In het onderzoek bezochten twintig 14- en 15-jarige mystery shoppers 236 verkooppunten in twee regio's.

De mystery shoppers bepaalden zelf waar ze alcohol probeerden te kopen. Supermarkten waren favoriet. Meestal werd er niet naar een identificatie gevraagd. Het kopen van alcohol kostte de jongeren niet meer tijd of moeite dan het kopen van frisdrank.

Het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel zegt in een reactie dat 32 procent van de jeugd onder de 16 niet met alcohol langs de kassa komt.

Meer informatie: Onderzoeksrapport http://www.stap.nl/content/bestanden/beschikbaarheid-alcohol-voor-jongeren-onder-de-16---minutenwerk.pdf

Bron: Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid (STAP); ANP http://www.nji.nl/smartsite.dws?id=106473&recnr=2004858

Vmbo'ers zijn moeilijk te motiveren om te leren

30 maart 2011

Het is moeilijk om bij vmbo'ers de motivatie om te leren te beïnvloeden. Dat ontdekte psycholoog Hanneke Knoop-van Nuland in haar promotieonderzoek, waarop ze op 5 april promoveert aan de Universiteit Leiden.

Er zijn veel theorieën over motiveren. De meeste maken verschil tussen intrinsieke en extrinsieke motivatie om te leren. Intrinsieke motivatie is gebaseerd op nieuwsgierigheid en extrinsieke motivatie op de beloning voor het leren, bijvoorbeeld een hoog cijfer. Verondersteld wordt dat het vergroten van de intrinsieke motivatie effectiever is dan het vergroten van extrinsieke motivatie. Knoop gaf de leerlingen van tien scholen bij een leertaak diverse soorten informatie, over het nut van leren en over leerstrategieën. Die informatie verbeterde de intrinsieke motivatie niet. Bij jongens leidde het aanbieden van extrinsieke informatie – je kunt laten zien dat je ergens goed in bent – wél tot een grotere intrinsieke motivatie: ze gaan de taak leuker vinden.

Meer informatie:  http://www.nieuws.leidenuniv.nl/nieuws-2011/vmboers-motiveren-is-niet-gemakkelijk.html
http://media.leidenuniv.nl/legacy/samenvatting-van-nuland.pdf

Bron: Universiteit Leiden

donderdag 10 maart 2011

Code oranje (wees alert) : het kwetsbare vertrouwen van ouders in de jeugdgezondheidszorg

Amsterdam : Ouders Online, 2011


Samenvatting: Dit is een verslag van een online onderzoek van de website Ouders Online.nl naar de ervaringen van ouders met de jeugdgezondheidszorg (jgz). Het verslag is opgesplitst in een deel over de zorg voor 0- tot 4-jarigen door het consultatiebureau en een deel voor 4- tot 19-jarigen door de schoolarts. Hieruit blijkt dat ouders de jeugdgezondheidszorg steeds meer als opsporingsapparaat voor kindermishandeling zien. Aanbevelingen die aan de jgz gedaan worden zijn: leg uit wat je doet en waarom; respecteer de rechten, behoeften en diversiteit van ouders en kinderen en leer omgaan met kritiek van ouders.

Volledige publicatie (PDF-bestand - 438 KB)

Gedrag moeder niet van invloed op stressreactie baby

Sensitief moedergedrag tijdens de eerste levensmaanden heeft geen invloed op stressreacties van jonge baby's. Baby's van 5 weken herstellen niet eerder van een stressvolle gebeurtenis, zoals uit bad gehaald worden, als hun moeder goed op ze is ingespeeld. Verder is er in de wetenschappelijke literatuur geen aantoonbaar bewijs dat borstvoeding de moeder-kindrelatie bevordert, hoewel dat verband wel vaak wordt gelegd. Dat blijkt uit onderzoek van Jarno Jansen, waarop hij op 15 maart promoveert aan de Radboud Universiteit Nijmegen.

Het cortisolniveau in speeksel wordt gebruikt om stress te meten. Jansen ontdekte dat baby's jonger dan 6 maanden vooral cortisolreacties vertonen bij pijn en fysieke stress zoals honger of dorst. Psychologische stress leidt niet tot een cortisolreactie.

Meer informatie: Bericht Radboud Universiteit

Bron: Radboud Universiteit Nijmegen

Jongere is niet geïnteresseerd in cultuur op internet

4 maart 2011

Jongeren laten zich door internet en sociale media niet verleiden om culturele informatie te zoeken. Dat blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Het SCP verzamelde de gegevens aan de hand van een vragenlijst die ongeveer 1600 leerlingen uit het voorgezet onderwijs invulden. Jongeren zoeken op internet vooral informatie over muziek, televisie of films maar zijn niet geïnteresseerd in bijvoorbeeld een virtuele rondleiding van een museum. Ze bekijken muziekvideo's, concerten, cabaret en toneel meestal via YouTube. Sociale netwerksites zoals Hyves en Facebook gebruiken jongeren vooral om contacten met vrienden te onderhouden. Ze vinden Hyves geen geschikte medium voor culturele instellingen.

De gegevens van het onderzoek dateren uit 2008. 'Het mediagebruik van tieners is sindsdien waarschijnlijk wel meer digitaal geworden', schatten de onderzoekers in.

Meer informatie: Het onderzoeksrapport

Bron: ANP

donderdag 27 januari 2011

Steeds minder schoolverlaters

26 januari 2011

In het schooljaar 2009-2010 zijn minder leerlingen voortijdig met school gestopt dan het jaar ervoor. 39.600 jongeren haalden afgelopen schooljaar geen diploma, 3.000 minder dan het jaar ervoor. Dat maakte minister Marja van Bijsterveldt van OCW bekend. Mbo-instellingen scoren minder goed dan scholen voor voortgezet onderwijs. Het mbo moet de verzuimregistratie verbeteren, zegt de minister.

De aanpak van schooluitval heeft sinds 2002 ruim 100 duizend extra jongeren met een havo-, vwo- of mbo-2-diploma opgeleverd. Het kabinet streeft ernaar het aantal schoolverlaters terug te brengen tot 25 duizend in 2016.

Jan van Zijl, voorzitter van de MBO Raad, acht de kans niet groot dat de daling zal doorzetten. 'Het laaghangende fruit is nu geplukt, wat overblijft zijn de echte probleemgevallen. Voor een verdere daling is meer dan een waarschuwende vinger van de minister nodig.'

Meer informatie: Bericht Rijksoverheid.nl; Visie MBO Raad; NJi-dossier Voortijdig schoolverlaten: Wat werkt?

Bron: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, ANP